Omwille van de hoge zorgkosten die de coronacrisis heeft veroorzaakt, zijn de meeste zorgverzekeraars op zoek naar financiële ademruimte. Om de kwaliteit van hun service te blijven waarborgen, willen ze dit vooral doen door efficiënter om te springen met hun kostenvergoeding. Zo willen de zorgverzekeraars de vergoedingen voor de Geestelijke Gezondheidszorg (GGZ) en het aanbieden van restitutiepolissen onder de loep nemen.
Meer aandacht voor zware psychische aandoeningen moet de ggz redden
De ggz maakt binnen de sector een onderscheid tussen patiënten met zware psychische klachten en lichte psychische klachten. Om dat onderscheid te maken, werken de meeste instellingen met een DMS-score. Aan de hand van een boek waarin alle psychische en psychiatrische aandoeningen staan beschreven, kan een zorgverlener tijdens een intakegesprek een diagnose bepalen. Met deze diagnose wordt dan bepaald welke behandeling het meest geschikt is.
Het merendeel van de psychische klachten in Nederland worden beschouwd als lichte psychische klachten. Tijdens de coronacrisis heeft men zelfs een forse stijging van deze klachten vastgesteld. Dit werd ongetwijfeld veroorzaakt door de sociale isolatie die de lockdown met zich meebracht.
Toch vinden zorgverzekeraars dat er te veel diagnoses worden opgesteld voor deze aandoeningen. Hierdoor stijgen de wachtlijsten en het personeelstekort, en komt de zorgverlening aan patiënten met zware klachten in het gedrang. Zonder drastische ingreep dreigt volgens de zorgverzekeraars de hele ggz vast te lopen. Daarom pleiten voor een aandachtverschuiving naar patiënten met zware klachten te zorgen.
Om te beginnen willen zij dat men in ggz vaker aandacht schenkt aan alternatieve hulp dat buiten de sector valt. Bij veel lichte aandoeningen zou er vaak weinig aan de hand zijn, en zou het volstaan om hulp te zoeken in de eigen sociale kring. Er moet minder gemedicaliseerd worden en men denkt ook aan een grotere betrekking van de lokale bestuursorganen, omdat zij dichter bij de mensen staan.
Zorgverzekeraars willen vooral de nadruk leggen op de verbetering van de zorgdienst door prioriteiten te stellen in een sector met enorme financiële en menselijke tekorten.
Beperking van de restitutiepolissen.
Een andere maatregel die de zorgverzekeraars willen nemen, is de beperking van de restitutiepolissen. Dit houdt in dat er een maximumnota wordt ingesteld voor terugbetalingen. Hierdoor zouden ongeveer 5% van de restituties automatisch afgewezen worden.
Normaal gezien worden in Nederland de restitutiepolissen met vrije artsenkeuze volledig vergoed, met uitzondering van gevallen waarbij aangetoond kan worden dat de eindnota excessief hoog is in vergelijking met de marktstandaard. Dit is niet per se het geval bij de 5% hoogste nota’s die zorgverzekeraars nu consistent weigeren.
Daarom stootte dit besluit op het verzet van de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa). Een aantal zorgverzekeraars hebben beroep ingediend tegen hun klacht, maar deze werd afgewezen door het College van Beroep. Hierdoor dreigen sommige zorgverzekeraars te stoppen met het aanbieden van restitutiepolissen, of de premies voor deze polissen aanzienlijk te verhogen.
Reacties