Miljoenen verlies, lege reservepotjes, klanten die massaal weglopen: het moge duidelijk zijn dat afgelopen jaar voor de grootste zorgverzekeraars van Nederland geen makkelijk jaar was. In 2017 lagen de premies voor de zorgverzekeringen dan ook een stuk hoger. En daar lijkt voorlopig geen verandering in te komen.

De verliezen van de vier grootste zorgverzekeraars, Achmea, VGZ, CZ en Menzis in 2016 zijn enigszins opmerkelijk te noemen, gezien de gezamenlijke winst van ruim 500 miljoen euro die er over 2015 werd geboekt. 2016 bleek dan ook een minder voortvarend jaar voor de vier grootste spelers, samen goed voor 90 procent van de zorgverzekeringsmarkt: 334 miljoen euro verlies.

Toch is het verlies van de vier grote maatschappijen niet helemaal onverwacht. De afgelopen jaren ging het kapitaal van de zorgverzekeraars hard achteruit, toen polishouders werden ontzien in mogelijke premiestijgingen door subsidies van de kant van de zorgverzekeraars zelf, die zo in twee jaar meer dan 3 miljard euro aan reserves uitgaven. En aangezien verzekeraars zelfs bepalen wat de tarieven voor hun verzekeringen zijn, lijkt verdere stijging onvermijdelijk. Die reserves zijn nu bijna opgedroogd, met uitzondering van CZ. Dat betekent dat premiestijgingen in de toekomst haast onafwendbaar zijn, terwijl die premies de afgelopen jaren al zijn gestegen. 

Zo ging na een daling van 9,5 procent in 2014 de premie met 5,5 procent omhoog in 2015 en met 3,5 procent in 2016. Afgelopen jaar stegen de premies weer, dit keer met 8 procent, waardoor de gemiddelde premie voor een verplichte basisverzekering nu op 108 euro per maand ligt.

Naast het feit dat de reserves van de zorgverzekeraars opraken, waardoor premiestijgingen onafwendbaar worden, noemen bestuurders van de zorgverzekeraars de vergrijzing en steeds betere en nieuwere medische behandelingen twee andere oorzaken van de verwachte premiestijgingen in de toekomst. Een bestuurder voorspelde zelfs dat de premie in de toekomst met 20 euro per maand kan gaan stijgen als verzekeraars niet meer de financiële middelen hebben om premiestijgingen uit te drukken.

Premiestijgingen en lege reservepotjes zijn overigens niet de enige zorgen van de zorgverzekeraars. Met name verzekeringsmaatschappij Menzis heeft te kampen met klanten die massaal de deur uitlopen. Daar waar er in de twee voorgaande jaren maar liefst 100.000 klanten bijkwamen, verloor de verzekeraar eind 2016 meer dan 47.000 klanten. Menzis is een van de maatschappijen waar de zorgpremie het meest omhoog ging. In vergelijking met de andere maatschappijen betalen verzekerden in 2017 namelijk 144 euro meer voor een verzekering bij Menzis, daar waar bij andere maatschappijen het bedrag zo´n 50 euro lager lag.

Zilveren Kruis bleef de grootste verzekeraar in 2017, met 3,4 miljoen verzekerden en een toename van 20.000 verzekerden.

Een van de zorgverzekeraars die met de minste kleerscheuren uit 2016 kwam was CZ, de maatschappij die een verlies van 15 miljoen euro draaide. CZ is de op twee na grootste zorgverzekeraar van Nederland, en de enige van de vier grote maatschappijen die de verwachte premiestijgingen nog enigszins kan tegengaan via geld uit het reservepotje.